Delen via


Service-naar-serviceverificatie met Azure Data Lake Storage Gen1 met behulp van REST API

In dit artikel leert u hoe u de REST API gebruikt om service-naar-serviceverificatie uit te voeren met Azure Data Lake Storage Gen1. Voor eindgebruikersauthenticatie met Data Lake Storage Gen1 met behulp van de REST API kunt u Authenticatie van eindgebruikers met Data Lake Storage Gen1 met behulp van de REST API raadplegen.

Vereiste voorwaarden

Authenticatie van service-naar-service

In dit scenario biedt de toepassing zijn eigen inloggegevens om de bewerkingen uit te voeren. Hiervoor moet u een POST-aanvraag uitgeven, zoals in het volgende fragment:

curl -X POST https://login.microsoftonline.com/<TENANT-ID>/oauth2/token  \
  -F grant_type=client_credentials \
  -F resource=https://management.core.windows.net/ \
  -F client_id=<CLIENT-ID> \
  -F client_secret=<AUTH-KEY>

De uitvoer van de aanvraag bevat een autorisatietoken (aangeduid door access-token in de onderstaande uitvoer) dat u vervolgens doorgeeft met uw REST API-aanroepen. Sla het verificatietoken op in een tekstbestand; u hebt deze nodig bij het plaatsen van REST-aanroepen naar Data Lake Storage Gen1.

{"token_type":"Bearer","expires_in":"3599","expires_on":"1458245447","not_before":"1458241547","resource":"https://management.core.windows.net/","access_token":"<REDACTED>"}

In dit artikel wordt de niet-interactieve benadering gebruikt. Zie Service-naar-service-aanroepen met referenties voor meer informatie over niet-interactieve (service-naar-service) aanroepen.

Volgende stappen

In dit artikel hebt u geleerd hoe u service-naar-service-verificatie kunt gebruiken om te verifiëren met Data Lake Storage Gen1 met behulp van REST API. U kunt nu de volgende artikelen bekijken waarin wordt uitgelegd hoe u de REST API kunt gebruiken om te werken met Data Lake Storage Gen1.