Quickstart: Een individuele database maken in Azure SQL Database met behulp van een ARM-sjabloon
Van toepassing op: Azure SQL Database
Het maken van een individuele database is de snelste en eenvoudigste implementatieoptie voor het maken van een database in Azure SQL Database. Deze quickstart toont hoe u een individuele database kunt maken met de Azure Resource Manager-sjabloon (ARM-sjabloon).
Een Resource Manager-sjabloon is een JavaScript Object Notation-bestand (JSON) dat de infrastructuur en configuratie van uw project definieert. Voor de sjabloon is declaratieve syntaxis vereist. In declaratieve syntaxis beschrijft u de beoogde implementatie zonder dat u de reeks programmeeropdrachten voor het maken van de implementatie hoeft te schrijven.
Als uw omgeving voldoet aan de vereisten en u benkend bent met het gebruik van ARM-sjablonen, selecteert u de knop Implementeren naar Azure. De sjabloon wordt in Azure Portal geopend.
Vereisten
Als u nog geen Azure-abonnement hebt, maakt u een gratis account.
De sjabloon controleren
Een individuele database bevat een gedefinieerde set reken-, geheugen-, IO- en opslagresources die gebruikmaakt van één van twee aankoopmodellen. Wanneer u een individuele database maakt, definieert u ook een server om die database te beheren en in een Azure-resourcegroep in een opgegeven regio te plaatsen.
De sjabloon die in deze quickstart wordt gebruikt, komt uit Azure-snelstartsjablonen.
{
"$schema": "https://schema.management.azure.com/schemas/2019-04-01/deploymentTemplate.json#",
"contentVersion": "1.0.0.0",
"metadata": {
"_generator": {
"name": "bicep",
"version": "0.12.40.16777",
"templateHash": "16856611863128783179"
}
},
"parameters": {
"serverName": {
"type": "string",
"defaultValue": "[uniqueString('sql', resourceGroup().id)]",
"metadata": {
"description": "The name of the SQL logical server."
}
},
"sqlDBName": {
"type": "string",
"defaultValue": "SampleDB",
"metadata": {
"description": "The name of the SQL Database."
}
},
"location": {
"type": "string",
"defaultValue": "[resourceGroup().location]",
"metadata": {
"description": "Location for all resources."
}
},
"administratorLogin": {
"type": "string",
"metadata": {
"description": "The administrator username of the SQL logical server."
}
},
"administratorLoginPassword": {
"type": "secureString",
"metadata": {
"description": "The administrator password of the SQL logical server."
}
}
},
"resources": [
{
"type": "Microsoft.Sql/servers",
"apiVersion": "2022-05-01-preview",
"name": "[parameters('serverName')]",
"location": "[parameters('location')]",
"properties": {
"administratorLogin": "[parameters('administratorLogin')]",
"administratorLoginPassword": "[parameters('administratorLoginPassword')]"
}
},
{
"type": "Microsoft.Sql/servers/databases",
"apiVersion": "2022-05-01-preview",
"name": "[format('{0}/{1}', parameters('serverName'), parameters('sqlDBName'))]",
"location": "[parameters('location')]",
"sku": {
"name": "Standard",
"tier": "Standard"
},
"dependsOn": [
"[resourceId('Microsoft.Sql/servers', parameters('serverName'))]"
]
}
]
}
Deze resources worden in de sjabloon gedefinieerd:
Meer voorbeelden van Azure SQL Database-sjablonen vindt u in Azure-snelstartsjablonen.
De sjabloon implementeren
Selecteer Proberen in het volgende PowerShell-codeblok om Azure Cloud Shell te openen.
$projectName = Read-Host -Prompt "Enter a project name that is used for generating resource names"
$location = Read-Host -Prompt "Enter an Azure location (i.e. centralus)"
$adminUser = Read-Host -Prompt "Enter the SQL server administrator username"
$adminPassword = Read-Host -Prompt "Enter the SQL Server administrator password" -AsSecureString
$resourceGroupName = "${projectName}rg"
New-AzResourceGroup -Name $resourceGroupName -Location $location
New-AzResourceGroupDeployment -ResourceGroupName $resourceGroupName -TemplateUri "https://raw.githubusercontent.com/Azure/azure-quickstart-templates/master/quickstarts/microsoft.sql/sql-database/azuredeploy.json" -administratorLogin $adminUser -administratorLoginPassword $adminPassword
Read-Host -Prompt "Press [ENTER] to continue ..."
De implementatie valideren
Zie Een query uitvoeren op de database voor informatie over query's voor de database.
Resources opschonen
Behoud deze resourcegroep, server en individuele database als u naar de Volgende stappen wilt gaan. De volgende stappen laten zien hoe u verbinding maakt met en een query uitvoert op uw database met behulp van verschillende methoden.
De resourcegroep verwijderen:
$resourceGroupName = Read-Host -Prompt "Enter the Resource Group name"
Remove-AzResourceGroup -Name $resourceGroupName
Volgende stappen
- Maak een firewallregel op serverniveau om via on-premises of externe hulpprogramma's verbinding met de individuele database te maken. Zie Een serverfirewallregel maken voor meer informatie.
- Nadat u een serverfirewallregel hebt gemaakt, kunt u met verschillende hulpprogramma's en programmeertalen verbinding maken met uw database en query's uitvoeren op uw database.
- Zie Azure CLI-voorbeelden voor het maken van een individuele database met behulp van de Azure CLI.
- Zie Azure PowerShell-voorbeelden voor het maken van een individuele database met behulp van Azure PowerShell.
- Zie Uw eerste sjabloon maken voor meer informatie over het maken van ARM-sjablonen.