1:1 check-ins mengen
Als docenten weten we dat gepersonaliseerd leren zijn basis heeft in empathie en begrip. Sommige docenten personaliseren het leren op basis van evaluatiegegevens en zelfs digitale portfolio's. Deze gegevenspunten vertellen een deel van het leerverhaal. Studenten de mogelijkheid geven om rechtstreeks voor zichzelf te pleiten, kan meer inzicht geven in wat ze ervaren als leerlingen en kan leiden tot robuuste, geïndividualiseerde leerplannen om beter aan hun behoeften te voldoen.
In traditionele klaslokalen houden docenten soms 1:1 minivergaderingen met leerlingen/studenten terwijl de rest van de klas bezig is met andere taken of stationrotaties. Het gemengde leermodel voor stationrotatie leent zich goed voor het uitvoeren van persoonlijke 1:1-check-ins. Docenten kunnen specifieke stations aanwijzen waar leerlingen/studenten verkennende online leertaken uitvoeren terwijl de docent individueel met leerlingen/studenten werkt. We hebben nu een tijd meegemaakt waarin we onze studenten misschien niet persoonlijk hebben kunnen ontmoeten. Planningen waren onderbroken, virtuele leslokalen waren normaal. In dergelijke tijden kunnen docenten 1:1 check-ins verplaatsen naar een digitaal platform.
Veel docenten stellen een Office-kanaal voor docenten in hun klasteam in, waar ze 1:1 virtuele check-ins met leerlingen/studenten kunnen hosten. Andere docenten onderhouden chats van leerlingen/studenten in Teams, waar ze consistent kunnen inchecken met leerlingen/studenten op hun werk. Op dezelfde manier kunnen docenten met OneNote Class Notebook de voortgang van leerlingen/studenten zien en zowel geschreven als audiofeedback rechtstreeks in het notitieblok achterlaten. Soms geeft deze feedback aanleiding tot een discussie over hoe u de leertaak zo goed mogelijk kunt aanpassen aan de behoeften van leerlingen/studenten.
Docenten kunnen ook asynchrone, digitaal ondersteunde 1:1-check-ins uitvoeren. Formulieren kunnen worden gebruikt om het perspectief van studenten op hun leervoortgang te verzamelen en om hiaten in het leren te identificeren die mogelijk opnieuw moeten worden aangeleerd.