Samenvatting
In deze module hebt u kennisgemaakt met het uitvoeren van Docker-containers met behulp van Azure Container Instances.
Leerdoelen
U moet nu het volgende kunnen doen:
- Voer containers uit in Azure Container Instances.
- Bepaal wat er gebeurt wanneer uw container wordt afgesloten.
- Gebruik omgevingsvariabelen om uw container te configureren wanneer deze wordt gestart.
- Koppel een gegevensvolume om gegevens vast te houden wanneer uw container wordt afgesloten.
- Meer informatie over enkele eenvoudige manieren om problemen in uw Azure-containers op te lossen.
Aanvullende bronnen
De volgende aanvullende bronnen zijn bedoeld voor meer informatie over onderwerpen in deze module of over aanvullende onderwerpen met betrekking tot deze module.
- Containerinstallatiekopieën uitvoeren in Azure Container Instances is een Microsoft Learn-module die aanvullende informatie biedt over het uitvoeren van containerinstallatiekopieën met behulp van Azure Container Instances.
- Azure Container Instances configureren is een Microsoft Learn-module waarmee u Azure Container Instances en containergroepen kunt configureren.