Samenvatting

  • 1 minuut

Het team is heel ver gekomen. Ze weten hoe ze Azure Pipelines en Azure Artifacts kunnen gebruiken om pakketten te maken en op te slaan op een plek waar andere teams in het bedrijf ze kunnen gebruiken. Azure DevOps gaat allemaal over delen en samenwerken. Het maken van herbruikbare code en het beschikbaar maken voor anderen is een uitstekende manier om deze waarden te bevorderen.

De meeste moderne apps hebben afhankelijkheden die tijdens het buildproces moeten worden beheerd. Er zijn veel pakketopslagplaatsen waaruit u kunt kiezen wanneer u op zoek bent naar pakketten die u wilt gebruiken of wanneer u besluit waar u uw pakketten wilt opslaan. U kunt ook uw eigen opslagplaats hosten of een bestandsshare gebruiken.

Het delen van code tussen en tussen teams helpt bij het verminderen van de ontwikkeltijd, omdat u niet meer dan één keer dezelfde code schrijft. Het vermindert ook de testtijd, omdat er slechts één codebasis moet worden getest. Verbeteringen in de gedeelde code komen ten goede aan iedereen die deze gebruikt.

Meer informatie

Bepalen waar uw pakket moet worden gehost, is afhankelijk van veel factoren. Bijvoorbeeld:

  • Is het openbaar of privé?
  • Heeft de host de functies die u nodig hebt?
  • Moet u de toegang tot het pakket verifiëren?
  • Zijn er redenen waarom het on-premises moet worden gehost?

Mogelijk moet u rekening houden met de taal van het pakket en het proces voor toegang tot het pakket. Hier volgen enkele bronnen die u kunt uitchecken wanneer u beslist waar u uw pakketten wilt hosten:

Zie Machtigingen beherenvoor meer informatie over het configureren van beveiligde toegang tot pakketfeeds.