Een web-app maken in Azure Portal
In deze les leert u hoe u een Azure-app Service-web-app maakt met behulp van Azure Portal.
Waarom de Azure-portal gebruiken?
De eerste stap bij het hosten van uw webtoepassing is het maken van een web-app (een Azure-app Service-app) in uw Azure-abonnement.
Er zijn verschillende manieren waarop u een web-app kunt maken. U kunt Azure Portal, de Azure-opdrachtregelinterface (CLI), een script of een IDE (Integrated Development Environment) zoals Visual Studio gebruiken.
De informatie in deze les beschrijft hoe u Azure Portal gebruikt om een web-app te maken en u gebruikt deze informatie om in de volgende oefening een web-app te maken. Voor deze module laten we het gebruik van Azure Portal zien omdat het een grafische ervaring is, waardoor het een geweldig leerhulpmiddel is. De portal helpt u bij het detecteren van beschikbare functies, het toevoegen van andere resources en het aanpassen van bestaande resources.
Wat is Azure App Service?
Azure App Service is een volledig beheerd platform voor het hosten van webtoepassingen. Met dit PaaS (Platform as a Service), dat wordt geleverd door Azure, kunt u zich concentreren op het ontwerpen en ontwikkelen van uw app, terwijl Azure zorgt voor de infrastructuur die nodig is om uw toepassingen uit te voeren en te schalen.
Implementatiesites
Met behulp van de Azure-portal kunt u eenvoudig implementatiesites aan een App Service-web-app toevoegen. U kunt bijvoorbeeld een implementatiesite voor fasering maken en daar code naar pushen om de code te testen in Azure. Zodra u tevreden bent met uw code, kunt u de staging-implementatiesite eenvoudig wisselen met de productiesite. Het enige wat u nodig hebt, is een paar muisklikken in Azure Portal.
Ondersteuning voor continue integratie en implementatie
Azure Portal biedt kant-en-klare continue integratie en implementatie met Azure-opslagplaatsen, GitHub, Bitbucket, FTP of een lokale Git-opslagplaats op uw ontwikkelcomputer. U kunt uw web-app verbinden met een van de voorgaande bronnen en App Service doet de rest voor u. Uw code en toekomstige wijzigingen in de code worden automatisch gesynchroniseerd in de web-app. Bovendien kunt u met Azure-opslagplaatsen uw eigen build- en releaseproces definiëren. Een volledig proces waarmee uw broncode wordt gecompileerd, de tests worden uitgevoerd, een release wordt gemaakt en ten slotte de release wordt geïmplementeerd in uw web-app telkens wanneer u de code doorvoert. Alles wat impliciet gebeurt, zonder dat u hoeft in te grijpen.
Geïntegreerde Visual Studio-publicatie en FTP-publicatie
Naast het instellen van continue integratie en implementatie voor uw web-app, kunt u ook altijd profiteren van de nauwe integratie met Visual Studio om uw web-app naar Azure te publiceren via WebDeploy-technologie. App Service biedt ook ondersteuning voor publiceren op basis van FTP voor meer traditionele werkstromen.
Ingebouwde ondersteuning voor automatische schaalaanpassing (automatisch uitschalen op basis van werkelijke belasting)
De mogelijkheid om omhoog/omlaag te schalen of uit te schalen, wordt in de web-app gebakken. Afhankelijk van het gebruik van de web-app kunt u uw app omhoog/omlaag schalen door de resources van de onderliggende computer die als host fungeert voor uw web-app te vergroten/verlagen. Resources kunnen het aantal kernen zijn of de hoeveelheid RAM-geheugen die beschikbaar is. Aan de andere kant kunt u uw app uitschalen door het aantal computerexemplaren waarop uw web-app wordt uitgevoerd, te verhogen.
Een web-app maken
Wanneer u klaar bent om een web-app uit te voeren in Azure, kunt u de Azure-portal bezoeken en een web-app-resource maken. Als u een web-app maakt, wordt een set hostingbronnen in App Service toegewezen. U kunt deze resources gebruiken om webtoepassings-ondersteuning voor Azure s te hosten, ongeacht of deze ASP.NET Core, Node.js, Java, Python enzovoort is.
Azure Portal biedt een wizard voor het maken van een web-app. Voor deze wizard zijn de volgende velden vereist:
| Veld | Beschrijving |
|---|---|
| Abonnement | een geldig en actief Azure-abonnement. |
| Resourcegroep | een geldige resourcegroep. |
| Naam | de naam van de web-app. Deze naam maakt deel uit van de URL van de app en moet dus uniek zijn voor alle Azure App Service-web-apps. |
| Publiceren | U kunt uw toepassing als code of als een kant-en-klare Docker-container implementeren in App Service. Als u Container selecteert, wordt het tabblad Container van de wizard geactiveerd, waar u informatie opgeeft over het Docker-register waaruit App Service uw installatiekopie ophaalt. |
| Runtimestack | Als u ervoor kiest uw toepassing als code te implementeren, moet App Service weten welke runtime uw toepassing gebruikt (bijvoorbeeld Node.js, Python, Java en .NET). Als u uw toepassing als een container implementeert, hoeft u geen runtimestack te kiezen, omdat uw installatiekopieën deze bevatten. |
| Besturingssysteem | App Service kan toepassingen hosten op Windows- en Linux-servers. Zie de sectie Besturingssystemen in deze eenheid voor meer informatie. |
| Regio | De Azure-regio van waaruit uw toepassing wordt geleverd. |
| Prijsplannen | Zie de sectie Prijsplannen in deze eenheid voor informatie over App Service-abonnementen. |
Besturingssystemen
Als u uw app als code implementeert, zijn veel van de beschikbare runtimestacks beperkt tot één besturingssysteem of het andere. Nadat u een runtimestack hebt gekozen, geeft de wisselknop aan of u een keuze hebt uit het besturingssysteem. Als de doelruntimestack bij beide besturingssystemen beschikbaar is, selecteert u het besturingssysteem dat u gebruikt om uw toepassing te ontwikkelen en te testen.
Als uw toepassing is verpakt als een container, geeft u het besturingssysteem in uw container op.
App Service-plannen
Een App Service-plan is een set virtuele-serverresources waarmee App Service-apps worden uitgevoerd. De grootte van een plan (ook wel de sKU of prijscategorie genoemd) bepaalt de prestatiekenmerken van de virtuele servers waarop de apps worden uitgevoerd die zijn toegewezen aan het plan en de App Service-functies waartoe deze apps toegang hebben. Elke App Service-web-app die u maakt, moet worden toegewezen aan één App Service-plan waarmee deze wordt uitgevoerd.
Eén App Service-plan kan meerdere App Service web-apps hosten. In de meeste gevallen wordt het aantal apps dat u op één abonnement kunt uitvoeren, beperkt door de prestatiekenmerken van de apps en de resourcebeperkingen van het plan.
App Service-plannen bepalen de factureringseenheid van App Service. De grootte van elk App Service-abonnement in uw abonnement, naast de bandbreedtebronnen die de apps die zijn geïmplementeerd voor deze abonnementen, bepaalt de prijs die u betaalt. Het aantal web-apps dat is geïmplementeerd voor uw App Service-plannen, heeft geen invloed op uw factuur.
U kunt alle beschikbare Azure-beheerprogramma's gebruiken om een App Service-plan te maken. Wanneer u een web-app maakt via Azure Portal, helpt de wizard u om tegelijkertijd een nieuw plan te maken als u er nog geen hebt.