Samenvatting
We hebben de basisbeginselen besproken van wat u nodig hebt om complexere toepassingen te bouwen in Go. U weet nu een aantal manieren om variabelen te declareren en te initialiseren. U kent ook de verschillende gegevenstypen die Go biedt. En u hebt de meest eenvoudige gegevenstypen gebruikt.
U hebt ook geleerd hoe u functies kunt maken om uw code te organiseren en deze beter te onderhouden. U hebt geleerd dat Go een 'pass by value'-taal is, maar dat deze aanwijzers ondersteunt. We gebruiken aanwijzers in een aantal van de komende modules.
Ten slotte hebt u geleerd hoe pakketten werken in Go en hoe u modules maakt wanneer u uw code wilt delen met andere ontwikkelaars. U hebt geleerd dat als u alleen een zelfstandige toepassing moet maken, al uw code deel moet uitmaken van het main
pakket. U hebt geleerd dat het beginpunt van dat programma de main()
functie is. En u begrijpt nu hoe u verwijst naar lokale en externe modules. U gebruikt deze modules veel wanneer u Go-programma's bouwt.