Samenvatting
Een gecodeerde gebruikersinterface maakt het lastig om de indeling en het gedrag te beheren. Deze benadering omvat vaak lay-out- en gedragslogica en resulteert in een strakke koppeling tussen de twee. Een wijziging in het ontwerp van de gebruikersinterface kan een knock-on-effect veroorzaken voor de rest van de codebasis. Het onderhouden van een codebasis waarbij er geen schone scheiding van de gebruikersinterface en gedrag is, kan lastig zijn.
Met .NET MAUI kunt u een gebruikersinterface definiƫren met behulp van XAML. Met deze scheiding kunt u zich richten op gedragslogica in uw C#-codebestanden. De gebruikersinterfaceontwerpers kunnen zich nu richten op de gebruikersinterface, terwijl programmeurs zich kunnen richten op code.
Met .NET MAUI XAML kunt u de gebruikersinterface voor elk platform aanpassen met behulp van de OnPlatform
markeringsextensie. Met deze aanpak kunt u apps ontwerpen die gebruikmaken van functies van de gebruikersinterface die specifiek zijn voor het besturingssysteem, maar die er nog steeds goed uitzien op alle platforms.
In deze module hebt u gezien hoe u XAML kunt gebruiken voor het beste effect voor het ontwerpen van de gebruikersinterface voor een platformoverschrijdende app. U hebt het volgende geleerd:
- De voordelen van het gebruik van XAML over het definiƫren van de gebruikersinterface voor een .NET MAUI-app in C#.
- Pagina's en besturingselementen maken en hun eigenschappen instellen met behulp van XAML.
- Ui-gebeurtenissen afhandelen en deze koppelen in XAML.
- XAML-markeringsextensies maken en gebruiken.
- Platformspecifieke waarden instellen in XAML-markeringen.