Delen via

Het herstelmodel van een database (SQL Server) weergeven of wijzigen

  • Artikel

van toepassing op:SQL Server-

In dit artikel wordt beschreven hoe u het databaseherstelmodel kunt weergeven of wijzigen met behulp van SQL Server Management Studio of Transact-SQL.

Een herstelmodel is een databaseeigenschap die bepaalt hoe transacties worden geregistreerd, of het transactielogboek back-ups vereist (en toestaat) en welke soorten herstelbewerkingen beschikbaar zijn. Er bestaan drie herstelmodellen: eenvoudig, volledig en bulksgewijs geregistreerd. Normaal gesproken maakt een database gebruik van het volledige herstelmodel of het eenvoudige herstelmodel. Een database kan op elk gewenst moment worden overgeschakeld naar een ander herstelmodel. De model-database stelt het standaardherstelmodel van nieuwe databases in.

Zie herstelmodellenvoor een uitgebreide uitleg.

Voordat u begint

  • een back-up maken van het transactielogboekvoordat overschakelt van het volledig herstelmodel of het bulksgewijs vastgelegde herstelmodel.

  • Herstel naar een bepaald tijdstip is niet mogelijk met een model dat bulksgewijs is vastgelegd. Het uitvoeren van transacties onder het bulk-gelogd herstelmodel, waarvoor een herstel van een transactielogboek nodig is, kan deze blootstellen aan gegevensverlies. Als u de herstelbaarheid van gegevens in een scenario voor herstel na noodgevallen wilt maximaliseren, schakelt u alleen over naar het bulksgewijs vastgelegde herstelmodel onder de volgende voorwaarden:

    • Gebruikers zijn momenteel niet toegestaan in de database.

    • Alle wijzigingen die tijdens bulkverwerking zijn aangebracht, kunnen worden hersteld zonder dat u een logboekback-up hoeft te maken; Bijvoorbeeld door de bulkprocessen opnieuw uit te voeren.

      Als u aan deze twee voorwaarden voldoet, bent u niet blootgesteld aan gegevensverlies tijdens het herstellen van een transactielogboek waarvan een back-up is gemaakt onder het bulksgewijs vastgelegde herstelmodel.

    Als u tijdens een bulkbewerking overschakelt naar het volledige herstelmodel, verandert logboekregistratie van bulkbewerkingen van minimale logboekregistratie in volledige logboekregistratieen vice versa.

Machtigingen

Vereist ALTER-machtigingen voor de database.

SQL Server Management Studio gebruiken

  1. Nadat u verbinding hebt gemaakt met het juiste exemplaar van de SQL Server Database Engine, selecteert u in Objectverkenner de servernaam om de serverstructuur uit te vouwen.

  2. Vouw databasesuit en selecteer, afhankelijk van de database, een gebruikersdatabase of vouw systeemdatabases uit en selecteer een systeemdatabase.

  3. Klik met de rechtermuisknop op de database en selecteer Eigenschappen, waarmee het dialoogvenster Database-eigenschappen wordt geopend.

  4. Selecteer in het deelvenster Selecteer een paginaOpties.

  5. Het huidige herstelmodel wordt weergegeven in de keuzelijst Herstelmodel.

  6. Als u het herstelmodel wilt wijzigen, selecteert u desgewenst een andere modellijst. De opties zijn Volledige, Bulkinvoerof Eenvoudige.

  7. Selecteer OK-.

Notitie

Plan cache-vermeldingen voor de database worden leeggemaakt of gewist.

Gebruik Transact-SQL

Het herstelmodel weergeven

  1. Maak verbinding met de database-engine.

  2. Selecteer in de standaardbalk Nieuwe query.

  3. Kopieer en plak het volgende voorbeeld in het queryvenster en selecteer uitvoeren. In dit voorbeeld ziet u hoe u een query kunt uitvoeren op de sys.databases catalogusweergave om het herstelmodel van de model-database te leren.

SELECT name, recovery_model_desc
FROM sys.databases
WHERE name = 'model';
GO

Het herstelmodel wijzigen

  1. Maak verbinding met de database-engine.

  2. Selecteer in de standaardbalk Nieuwe query.

  3. Kopieer en plak het volgende voorbeeld in het queryvenster en selecteer uitvoeren. In dit voorbeeld ziet u hoe u het herstelmodel in de model database kunt wijzigen in FULL met behulp van de optie SET RECOVERY van de instructie ALTER DATABASE.

USE [master];
GO
ALTER DATABASE [model]
SET RECOVERY FULL;
GO

Notitie

Cachevermeldingen voor de database worden leeggemaakt of gewist.

Aanbevelingen: Nadat u het herstelmodel hebt gewijzigd

Na het schakelen tussen de volledige en bulksgewijs vastgelegde herstelmodellen

  • Nadat u de bulkbewerkingen hebt voltooid, gaat u onmiddellijk terug naar het volledige herstelmodel.

  • Maak een back-up van het logboek nadat u het bulksgewijs vastgelegde herstelmodel hebt teruggezet naar het volledige herstelmodel.

Uw back-upstrategie blijft hetzelfde: ga door met het uitvoeren van periodieke database-, logboek- en differentiële back-ups.

Na het overschakelen van het eenvoudige herstelmodel

  • Onmiddellijk nadat u overschakelt naar het volledige herstelmodel of het bulksgewijs vastgelegde herstelmodel, moet u een volledige of differentiële databaseback-up maken om de logboekketen te starten.

    De overschakeling naar het volledige of bulksgewijs vastgelegde herstelmodel wordt pas van kracht na de eerste gegevensback-up.

  • Plan regelmatig logboekback-ups en werk uw herstelplan dienovereenkomstig bij.

    Belangrijk

    een back-up maken van uw logboeken. Als u niet vaak genoeg een back-up van het logboek maakt, kan het transactielogboek worden uitgebreid totdat er onvoldoende schijfruimte beschikbaar is.

Na het overschakelen naar het eenvoudige herstelmodel

  • Stop alle geplande taken voor het maken van back-ups van het transactielogboek.

  • Zorg ervoor dat periodieke databaseback-ups zijn gepland. Het maken van een back-up van uw database is essentieel voor het beveiligen van uw gegevens en het afkappen van het inactieve gedeelte van het transactielogboek.

Verwante inhoud