Delen via


Aanpassingsconcepten

 

Gepubliceerd: februari 2017

Is van toepassing op: Dynamics 365 (online), Dynamics 365 (on-premises), Dynamics CRM 2016, Dynamics CRM Online

De manier waarop uw organisatie werkt is uniek. Sommige organisaties hebben goed gedefinieerde bedrijfsprocessen die ze toepassen met Microsoft Dynamics 365. Anderen zijn niet blij met hun huidige bedrijfsprocessen en gebruiken Dynamics 365 om nieuwe gegevens en processen op hun bedrijf toe te passen. In welke situatie u zich ook bevindt, u vindt een groot aantal aanpassingsmogelijkheden binnen Dynamics 365, zodat het voor uw organisatie kan werken.

U wilt natuurlijk graag aan de slag, maar leest u eerst de inhoud in dit gedeelte. Hier worden belangrijke termen uitgelegd, wordt informatie gegeven over waarom dingen op een bepaalde manier worden gedaan en helpt u potentiële problemen in de toekomst te voorkomen.

In dit onderwerp

Wat zijn metagegevens en wat heeft u eraan?

Welke soorten aanpassingen worden ondersteund?

Welke soorten aanpassingen worden niet ondersteund?

Wat u over oplossingen moet weten

Aanpassingen publiceren

Clientaanpassingen voorbereiden voor betere prestaties voor mobiel gebruik en de interactieve servicehub

Wijzigingen die van invloed zijn op de prestaties van de Dynamics 365-organisatie

Aanpassingsmogelijkheden combineren

Extra mogelijkheden zijn niet opgenomen in deze handleiding

Wat zijn metagegevens en wat heeft u eraan?

In het verleden paste u bedrijfstoepassingen aan door de broncode te bewerken. Hierdoor ontstonden complicaties, omdat elke organisatie unieke wijzigingen had en het zeer moeilijk, of heel duur, om te upgraden. Vervolgens introduceerden toepassingontwikkelaars API's (Application Programming Interfaces), zodat andere ontwikkelaars met de toepassing konden werken en hun eigen lociga konden toevoegen zonder aan de broncode te zitten. Dit was iets beter omdat dit betekent dat ontwikkelaars de toepassing kunt uitbreiden zonder deze te wijzigen. Maar er is nog steeds een ontwikkelaar nodig die de code schrijft.

Tegenwoordig gebruiken moderne bedrijfstoepassingen een architectuur die op metadata werkt, zodat gebruikers de toepassing kunnen wijzigen zonder code te hoeven schrijven. Metagegevens betekent "gegevens over gegevens" en het definieert de structuur van de gegevens die in het systeem zijn opgeslagen. Met deze metagegevens is een toepassing van wijzigingen aan de gegevensstructuur op de hoogte en hiermee kan de toepassing worden aangepast als de gegevensstructuur wordt gewijzigd. Omdat de metagegevens bekend zijn, kunnen meer mogelijkheden worden opgenomen die aan de metagegevens gekoppeld zijn.

Als u Microsoft Dynamics 365 met de aanpassingshulpmiddelen in de toepassing aanpast, voegt u de metadata of data toe die wordt gebruikt door functie die van de metadata afhankelijk zijn of werkt u die bij. Omdat we de soorten gegevens kennen die werden gebruikt aan te passen, kunnen we rekening houden met deze gegevens en nieuwe functies aan Dynamics 365 toevoegen zonder schade toe te brengen aan uw systeem. Op deze manier kunt u altijd een update rollup toepassen of upgraden naar de nieuwste versie en van de beste nieuwe functies profiteren.

Aanpassen of configureren?
De meeste mensen zeggen dat ze de toepassing willen aanpassen, dus we gebruiken het woord "aanpassen" voor het systeem wijzigen zodat het werkt zoals u dat wilt. Sommigen mensen gebruiken liever het woord "configureren" omdat het suggereert dat geen code is vereist om wijzigingen aan te brengen. Noem het hoe u wilt, we willen alleen duidelijk maken dat u geen ontwikkelaar hoeft te zijn om Microsoft Dynamics 365 aan te passen.

Microsoft Dynamics 365 biedt een reeks webservices en API's waarmee ontwikkelaars code kunnen schrijven. Wanneer code wordt geschreven met behulp van ondersteunde methoden, kunt u verwachten dat de code zal blijven werken wanneer u uw organisatie upgradet.

Welke soorten aanpassingen worden ondersteund?

Wij verwachten dat u het grootste deel van uw aanpassing met de hulpmiddelen in de toepassing kunt doen. Alles wat u doet met deze hulpmiddelen wordt ondersteund door Microsoft, omdat deze middelen wijzigingen aanbrengen in metagegevens of de gegevens die van de metagegevens afhankelijk zijn.

Maar als de aanpassingsfuncties niet aan uw behoeften voldoen, kunt u een oplossing installeren van derden of een ontwikkelaar inhuren om uw aanpassingen te coderen. Het is in ieder geval het goed voor u ondersteunde aanpassingen te begrijpen. Als u in een oplossing moet investeren die code vereist, moet u ervoor zorgen dat de code alleen met ondersteunde API's is geschreven. Dit helpt u uw investering in zowel Dynamics 365 als alle oplossingen die u krijgt te beveiligen.

Ontwikkelaars die Microsoft Dynamics 365 uitbreiden, hebben een verantwoordelijkheid om regels en aanbevolen procedures te volgen die in de SDK zijn gedocumenteerd: MSDN: Aanbevolen procedures voor ontwikkelen met Microsoft Dynamics 365. De SDK-documenten en API's zijn beschikbaar voor ontwikkelaars en bieden begeleiding over hoe ze het best te gebruiken zijn.Microsoft ondersteunt alleen de API's en procedures in de SDK zijn beschreven. U vindt misschien iets op internet waar wordt beschreven hoe u een probleem kunt oplossen, maar als daar geen API's in worden genoemd die in de SDK zijn vastgelegd, wordt dit niet ondersteund door Microsoft. Voordat u een ontwikkelaar een wijziging laat toepassen, moet u controleren of de ondersteunde methoden worden gebruikt.

Als ontwikkelaars API's en aanbevolen methoden gebruiken die in de SDK zijn beschreven, weten we zeker dat we kunnen testen of de aanpassingen die we aan Dynamics 365 maken schade kunnen toebrengen aan bestaande aanpassingen. Het doel is dat aanpassingen aan code met behulp van ondersteunde methoden blijven werken wanneer nieuwe versies of updates van Dynamics 365 worden uitgebracht. U profiteert aangezien u naar nieuwe versies kunt upgraden met verbeterde functies zonder dat onwikkelaars telkens hun code moeten wijzigen.

Als we ontdekken dat een wijziging in een nieuwe versie van Dynamics 365 schade zal toebrengen aan een ondersteunde aanpassing, zullen we vastleggen wat de schade is en hoe gebruikers hun code kunnen wijzigen om de schade te herstellen.

Welke soorten aanpassingen worden niet ondersteund?

Dat bepaalde API's en programmeringsprocedures niet worden ondersteund door Microsoft, betekent niet dat ze niet werken. "Niet ondersteund door Microsoft" betekent precies dat: u kunt geen ondersteuning krijgen van Microsoft over deze API's of programmeringsprocedures. We testen ze niet en we weten niet of ze beschadigd raken als we iets wijzigen. Wij kunnen niet voorspellen niet wat er zal gebeuren als iemand code in onze toepassing wijzigt.

De ontwikkelaar die niet-ondersteunde API's en programmeringsprocedures gebruikt, neem de verantwoordelijkheid om hun code te ondersteunen. Ze moeten hun code testen om te controleren of die werkt.

Als u ervoor kiest niet-ondersteunde wijzigingen te gebruiken in uw Dynamics 365 - installatie, moet u vastleggen wat er is uitgevoerd en een strategie hebben om deze aanpassingen te verwijderen voordat u contact opneemt met Technische Ondersteuning van Microsoft Dynamics 365. Als u hulp nodig hebt met niet-ondersteunde aanpassingen, neem dan contact om met de ontwikkelaar of organisatie die de aanpassingen heeft voorbereid.

Algemeen niet-ondersteunde aanpassingsprocedures

Hier volgt een lijst met algemene aanpassingsprocedures die niet worden ondersteund. Dit is echter geen volledige lijst.Meer informatie:MSDN: Ondersteunde extensies voor Microsoft Dynamics 365: Niet-ondersteunde aanpassingen

  • Werken met de elementen van de webtoepassing Document ObjectMmodel (DOM) met behulp van JavaScript
    Alle JavaScript-bibliotheken die waar dan ook in de toepassing worden gebruikt, moeten alleen met gedocumenteerde API's werken. Als JavaScript-ontwikkelaars met toepassingen werken, openen ze vaak DOM-elementen door specifieke namen te gebruiken. Aangezien Microsoft Dynamics 365 een webtoepassing is, werken deze technieken, maar ze raken waarschijnlijk beschadigd tijdens een update omdat de namen van de elementen waarnaar ze verwijzen elk moment gewijzigd kunnen worden. We behouden ons het recht voor wijzigingen in de toepassing toe te brengen als dit nodig is en dit houdt vaak in dat de manier waarop de pagina is opgebouwd wordt gewijzigd. Als u wijzigingen toebrengt die afhangen van de huidige structuur van de pagna, moet u dit testen en misschien elke keer dat u een update toepast en uw toepassing upgradet de aangepaste code in deze scirpts wijzigen.

    jQuery is een zeer algemene bibliotheek die door JavaScript-ontwikkelaars wordt gebruikt. Het grootste voordeel van het gebruik van jQuery, is dat dit het vermogen van ontwikkelaars vergroot om DOM-elementen te openen en te maken, wat precies is wat wij niet ondersteunen in de toepassingspagina's van Dynamics 365.jQuery wordt aanbevolen wanneer ontwikkelaars aangepaste gebruikersinterfaces met HTML-webresources maken, maar in de Dynamics 365-toepassing vereisen de ondersteunde API's niet het gebruik van jQuery.

  • Niet-gedocumenteerde interne objecten of methoden gebruiken met JavaScript
    Microsoft Dynamics 365 gebruikt verschillende JavaScript-objecten in pagina's. Een JavaScript-ontwikkelaar kan deze objecten detecteren door fouten op een pagina op te sporen en vervolgens deze objecten te openen en hergebruiken. We behouden ons het recht voor wijzigingen in deze objecten toe te brengen als dit nodig is, waaronder het verwijderen van de objecten of het wijzigen van de namen van de methoden. Als een script naar deze objecten verwijst, raakt het script beschadigd als ze niet worden gevonden.

  • Bestanden in de toepassing direct wijzigen
    Als u een lokale Microsoft Dynamics 365 hebt, hebt u toegang tot de webtoepassing die op uw server is geïnstalleerd. De webtoepassing bevat veel tekstbestanden die een ontwikkelaar zou kunnen bewerken of vervangen om het gedrag of de weergave van de toepassing te wijzigen. Het aanpassen van deze bestanden wordt niet ondersteund omdat elke update rollup die u installeert de wijzigingen zou kunnen verwijderen en de bestanden worden overschreven wanneer u een update naar de volgende versie uitvoert.

  • Gegevens direct uit databasetabellen ophalen
    Als u lokale Microsoft Dynamics 365 hebt, hebt u toegang tot de database zodat u gegevens direct uit de tabellen kunt ophalen. Als u dit doet, omzeilt u echter de beveiligingsinfrastructuur. Volgens de aanbevolen procedure moet u speciaal gefilterde weergaven gebruiken om de gegevens op te halen. Hierdoor wordt de beveiliging van de gebruiker toegepast zodat deze alleen de gegevens kunnen zien die ze moeten zien.

  • Gegevens direct in de databasetabellen bijwerken
    Als u Microsoft Dynamics 365 on-premises hebt, kunt u updates op de Dynamics 365-gegevens direct in de databasetabellen uitvoeren. Het risico met deze methode is dat u ongeldige gegevens kunt stellen die de toepassing schade toebrengen. Ontwikkelaars moeten altijd de API's gebruiken met de webservices van het toepassingplatform om gegevens bij te werken.

  • De databasetabellen, opgeslagen procedures of weergaven wijzigen
    Als u lokale Microsoft Dynamics 365 hebt, kunt u databasehulpprogramma's gebruiken om de database te wijzigen. De enige directe databasewijzigingen die worden ondersteund, zijn het toevoegen of bijwerken van indexen. U de aanpassingshulpmiddelen moeten gebruiken om nieuwe entiteiten of entiteitskenmerken toe te voegen. Dit is de enige ondersteunde manier om wijzigingen aan te brengen aan deze onderdelen van de database. Eventuele directe wijzigingen die u aanbrengt, kunnen schade toebrengen aan de toepassing of uw mogelijkheid om update rollups toe te passen. Wijzigingen die u toepast, kunnen worden vernietigd wanneer u een update toepast of tijdens een upgrade en alle gegevens die u in de tabelkolommen van de aangepaste database hebt opgenomen, gaan verloren.

Een organisatie controleren op niet-ondersteunde aanpassingen

Als u niet zeker weet of uw organisatie niet-ondersteunde aanpassingen bevat, kunt u het hulpmiddel voor aangepaste codevalidatie uitvoeren. Dit hulpmiddel is een oplossing die de organisatie scant en verschillende typen niet-ondersteunde aanpassingen, zoals afgeschafte API's, kan detecteren die mogelijk bestaan en vervolgens informatie retourneert over de aanpassing. Houd er rekening mee dat het hulpmiddel voor aangepaste codevalidatie mogelijk andere niet-ondersteunde aanpassingen niet detecteert, zoals eerder beschreven in Algemeen niet-ondersteunde aanpassingsprocedures of in sommige gevallen ondersteunde aanpassingen als niet-ondersteund identificeert. Zie de documentatie bij het hulpmiddel voor meer informatie.

Het hulpmiddel voor aangepaste codevalidatie downloaden en uitvoeren

  1. Controleer eerste of de organisatie een of meer oplossingen heeft geïmporteerd. Verouderde oplossingen zijn de meestvoorkomende oorzaak van niet-ondersteunde aanpassingen.Ga naar Instellingen > Oplossingen. . Geïnstalleerde oplossingen worden getoond in de weergave Alle oplossingen.

  2. Download het hulpmiddel voor aangepaste codevalidatie.

  3. Importeer het hulpmiddel voor aangepaste codevalidatie.Meer informatie:Oplossingen importeren

  4. Voer het hulpmiddel voor aangepaste codevalidatie uit. Zie het Readme-bestand bij de download voor meer informatie.

Wat u over oplossingen moet weten

Oplossingen bestaan zodat een reeks aanpassingen kan worden aangeschaft, gedeeld of anders van één organisatie naar de andere kan worden getransporteerd. U kunt oplossingen verkrijgen in de Microsoft Dynamics Marketplace of van een Independent Software Vendor (ISV). Een Dynamics 365-oplossing is een bestand die u kunt importeren om een reeks aanpassingen toe te passen.

Meer informatie:Whitepaper: Patronen en principes voor oplossingenbouwers

Notitie

Als u een ISV bent en een aanpassing maakt die u wilt distribueren, moet u oplossingen gebruiken. Voor meer informatie over het werken met oplossingen, raadpleegt u MSDN: Extensies verpakken en distribueren.

Als u alleen geïnteresseerd bent in het aanpassen van uw organisatie, moet u dit weten over oplossingen:

  • Oplossingen maken is optioneel. U kunt uw Dynamics 365-systeem direct aanpassen zonder een oplossing te maken.

  • Als u het Dynamics 365-systeem direct aanpast, werkt u met een speciale oplossing die de standaardoplossing wordt genoemd. Deze oplossing bevat alle onderdelen in uw systeem.

  • U kunt de Standaardoplossing exporteren om een back-up van de aanpassingen te maken die u in uw organisatie hebt gedefinieerd. Dit is goed om te hebben in het ergste geval.

Oplossingsonderdelen

Een oplossingsonderdeel is iets dat u kunt mogelijk aanpassen. Alles wat in een oplossing kan worden opgenomen, is een oplossingsonderdeel. Hier volgt een lijst met oplossingsonderdelen die u in een oplossing kunt weergeven:

  • Toepassingslint

  • Artikelsjabloon

  • Bedrijfsregel

  • Grafiek

  • Verbindingsrol

  • Contractsjabloon

  • Dashboard

  • E-mailsjabloon

  • Entiteit

  • Entiteitsrelatie

  • Veld

  • Veldbeveiligingsprofiel

  • formulier

  • Sjabloon voor afdruk samenvoegen

  • Bericht

  • Optieset

  • Invoegtoepassingassembly

  • Proces

  • SDK-berichtverwerkingsstap

  • Beveiligingsrol

  • Service-eindpunt

  • siteoverzicht

  • Webresource

De meeste oplossingsonderdelen worden genesteld in andere oplossingsonderdelen. Een entiteit bevat bijvoorbeeld formulieren, weergaven, grafieken, velden, entiteitsrelaties, berichten en bedrijfsregels. Elk van die oplossingsonderdelen vereist een entiteit om te bestaan. Een veld kan niet buiten een entiteit bestaan. We zeggen dat het veld afhankelijk is van de entiteit. Er zijn twee keer zoveel typen oplossingsonderdelen dan wordt weergegeven in de voorafgaande lijst hierboven, maar de meeste zijn niet zichtbaar in de toepassing.

Het doel van oplossingsonderdelen is het bijhouden van eventuele beperkingen of wat kan worden aangepast met Beheerde eigenschappen en alle Afhankelijkheden van oplossingen, zodat het kan worden geëxporteerd, geïmpoteerd en (in beheerde oplossingen) verwijderd zonder iets achter te laten.

Beheerde en onbeheerde oplossingen

Een beheerde oplossing kan worden gedeïnstalleerd nadat deze is geïmporteerd. Alle onderdelen van die oplossing worden verwijderd als de oplossing wordt gedeïnstalleerd.

Wanneer u een onbeheerde oplossing importeert, voegt u alle onderdelen van die oplossing toe aan uw standaardoplossing. U kunt de onderdelen niet verwijderen door de oplossing te deïnstalleren.

Als u een onbeheerde oplossing importeert die oplossingsonderdelen bevat die u al hebt aangepast, worden uw aanpassingen overschreven door de aanpassingen in de onbeheerde oplossing. U kunt dit niet ongedaan maken.

Belangrijk

Installeer een onbeheerde oplossing alleen als u alle onderdelen aan uw standaardoplossing wilt toevoegen en de bestaande aanpassingen overschrijven.

Zelfs als u niet van plan bent uw oplossing te distribueren, wilt u misschien een onbeheerde oplossing maken en gebruiken om een andere weergave te krijgen die alleen die onderdelen van de toepassing opneemt die u hebt aangepast. Als u iets aanpast, voegt u het gewoon toe aan de onbeheerde oplossing die u hebt gemaakt.

U kunt uw standaardoplossing alleen als beheerde oplossing exporteren.

Om een beheerde oplossing te maken, kiest u de optie beheerde oplossing als u de oplossing exporteert. Wanneer u een beheerde oplossing maakt, kunt u die niet weer importeren in dezelfde organisatie als waar u die hebt gemaakt. U kunt de oplossing alleen in een andere organisatie importeren.

De manier waarop oplossingen worden toegepast

Alle oplossingen worden geëvalueerd als lagen om te bepalen wat uw Dynamics 365-toepassing gaat doen. Het onderstaande schema geeft weer hoe beheerde en onbeheerde oplossingen worden geëvalueerd en de manier waarop veranderingen in de oplossingen in uw organisatie worden weergegeven.

Opeenstapeling van oplossingen

Onderaan beginnen en naar boven werken:

  • Systeemoplossing
    De systeemoplossing is als een beheerde oplossing die elke organisatie heeft. De systeemoplossing is de definitie van alle kant-en-klare oplossingen in het systeem.

  • Beheerde oplossingen
    Beheerde oplossingen kunnen de systeemoplossingsonderdelen wijzigen en nieuwe onderdelen toevoegen. Als er meerdere beheerde oplossingen zijn geïnstalleerd, is de eerste geïnstalleerde oplossing onder de later geïnstalleerde beheerde oplossing. Dit betekent dat de tweede geïnstalleerde oplossing de oplossing die daarvoor is geïnstalleerd kan aanpassen. Wanneer twee beheerde oplossingen conflicterende definities hebben, geldt over het algemeen “de laatste wint“. Als u een beheerde oplossing verwijdert, wordt de beheerde oplossing eronder van kracht. Als u alle beheerde oplossing deïnstalleert, wordt het standaardgedrag dat definieerd is in de systeemoplossing toegepast.

  • Onbeheerde aanpassingen
    Onbeheerde aanpassingen zijn de wijzigingen die u in uw organisatie met een onbeheerde oplossing hebt gemaakt. De systeemoplossing bepaalt wat u wel of niet kunt aanpassen door Beheerde eigenschappen te gebruiken. Uitgevers van beheerde oplossingen hebben dezelfde mogelijkheid om uw mogelijkheid te beperken om oplossingsonderdelen aan te passen die zij in hun oplossing toevoegen. U kunt oplossingsonderdelen aanpassen die geen beheerde eigenschappen hebben die voorkomen dat uw ze kunt aanpassen.

  • Toepassingsgedrag
    Dit is wat u in uw organisatie ziet. De standaardsysteemoplossing plus eventuele beheerde oplossingen, plus eventuele onbeheerde aanpassingen die u hebt toegepast.

Beheerde eigenschappen

Sommige onderdelen van Microsoft Dynamics 365 kunnen niet worden aangepast. Deze items in de systeemoplossing hebben metagegevens die voorkomen dat u ze kunt aanpassen. Deze worden beheerde eigenschappen genoemd. De uitgever van een beheerde oplossing kan de beheerde eigenschappen ook zo instellen dat u hun oplossing niet kunt aanpassen op manieren die zij niet willen.

Afhankelijkheden van oplossingen

Vanwege de manier waarop beheerde oplossingen zijn opgebouwd, kunnen sommige beheerde oplossingen afhankelijk zijn van oplossingsonderdelen in andere beheerde oplossingen. Sommige oplossingsuitgevers maken hier gebruik van om oplossingen te bouwen die modulair zijn. U moet misschien eerst een beheerde "basisoplossing" installeren. Daarna kunt u een tweede beheerde oplossing installeren die de onderdelen in de beheerde basisoplossing verder aanpast. De tweede beheerde oplossing is afhankelijk van oplossingsonderdelen die deel uitmaken van de eerste oplossing.

Dynamics 365 houdt deze afhankelijkheden tussen oplossingen bij. Als u een oplossing probeert te installeren die een basisoplossing vereist die niet is geïnstalleerd, kunt u de oplossing niet installeren. U krijgt een bericht waarin wordt aangegeven dat er een andere oplossing nodig is voordat de oplossing kan worden geïnstalleerd. Vanwege de afhankelijkheden kunt u de basisoplossing ook niet deïnstalleren terwijl er een oplossing is geïnstalleerd die ervan afhankelijk is. U moet de afhankelijke oplossing deïnstalleren voordat u de basisoplossing kunt verwijderen.

Oplossingsuitgever

Elke oplossing heeft een uitgever. De standaardoplossing heeft een uitgever die "Standaarduitgever voor <naam van uw organisatie>" heet.

De uitgeversrecord bevat een Voorvoegsel-waarde. De standaardwaarde van dit voorvoegsel is “nieuw“. Wanneer u nieuwe oplossingsonderdelen maakt, wordt dit voorvoegsel aan de naam toegevoegd. Dit is een snelle manier waardoor personen begrijpen van welke oplossing de onderdelen deel uitmaken.

Voordat u begint met het aanpassen van het systeem, raden we u aan de voorvoegselwaarde voor de standaarduitgever te wijzigen in iets dat uw bedrijf identificeert.

Het voorvoegsel van de Oplossingsuitgever veranderen voor de standaarduitgever

  1. Ga naar Instellingen > Aanpassingen.

  2. Selecteer Uitgevers.

  3. Als er meer dan een uitgever is, opent u de uitgever met de Weergavenaam die begint met Standaarduitgever voor <naam van uw organisatie>.

  4. Werk onder aan het formulier het veld Voorvoegsel bij om de standaardwaarde "nieuw" te wijzigen in iets dat uw organisatie identificeert.

  5. Als u de waarde wijzigt, gaat u met tab naar het volgende veld. Het Voorvoegsel voor optiewaarde genereert automatisch een getal dat op het aanpassingsvoorvoegsel is gebaseerd. Dit getal wordt gebruikt als u opties voor optiesets toevoegt en biedt een indicator van de oplossing die is gebruikt om de optie toe te voegen.

Aanpassingen publiceren

Bepaalde aanpassingen die wijzigingen in de gebruikersinterface toepassen, moeten worden gepubliceerd voordat mensen ze kunnen gebruiken in de toepassing. Doordat u uw werk kunt publiceren, kunt u uw werk opslaan voordat u klaar bent en later terugkomen en het afmaken. Publiceren is alleen vereist wanneer u een oplossingsonderdeel wijzigt. Wanneer u een oplossingsonderdeel maakt of verwijdert, vindt automatisch publicatie plaats. Voordat u een oplossing exporteert, ontvangt u een melding om aanpassingen te publiceren. Dit komt doordat alle niet-gepubliceerde aanpassingen niet in de oplossing worden opgenomen.

Als u aanpassingen uitvoert die in Microsoft Dynamics 365 voor tablets worden weergegeven, moet u uw aanpassingen altijd expliciet publiceren om ervoor te zorgen dat elk item met de toepassing Dynamics 365 voor tablets wordt gesynchroniseerd.

Notitie

Het publiceren van aanpassingen kan een probleem veroorzaken met de normale werking van het systeem. We raden aan dat u in een productieomgeving het publiceren van aanpassingen plant wanneer gebruikers er het minst last van hebben.

De volgende oplossingsonderdelen moeten worden gepubliceerd wanneer ze worden bijgewerkt:

  • Toepassingslint

  • Entiteit

  • Entiteitsrelatie

  • Veld

  • Formulier

  • Bericht

  • Optieset

  • Siteoverzicht

  • Webresource

Notitie

Bij het gebruik van Dynamics 365-app voor Outlook kan het minimaal een uur duren voordat aanpassingen van kracht worden. U kunt de wijzigingen direct zichtbaar maken in Internet Explorer door de cache te wissen. Dit kunt u doen door naar Extra > Internetopties te gaan en onder Browsegeschiedenis de knop Verwijderen te selecteren. Schakel alle items in de browsegeschiedenis uit behalve "tijdelijke Internetbestanden en websitebestanden" en "Cookies en websitegegevens" en selecteer vervolgens Verwijderen.

Clientaanpassingen voorbereiden voor betere prestaties voor mobiel gebruik en de interactieve servicehub

Nadat u aanpassingen hebt gepubliceerd, is het mogelijk dat de eerste gebruiker die een van de mobiele Dynamics 365-apps of de interactieve servicehub start, prestatieproblemen ervaart omdat de aanmelding Dynamics 365 vraagt het metagegevenspakket voor te bereiden om te worden gedownload. Dat betekent dat de eerste gebruiker moet wachten op de voorbereiding van het metagegevenspakket en op de download (volgende gebruikers hoeven alleen op de download te wachten).

Met Dynamics CRM 2016 Update 0.1 of hoger kunt u de prestaties voor die eerste gebruiker verbeteren door op de knop Clientaanpassingen voorbereiden te klikken nadat u uw aanpassingen hebt gepubliceerd. U vraagt Dynamics 365 daarmee het metagegevenspakket direct voor te bereiden in plaats van te wachten tot de eerste gebruiker een mobiele app of de interactieve servicehub start.

Knop Clientaanpassingen voorbereiden

In Update 1.1 voor Microsoft Dynamics CRM 2016 zijn de tijden voor het genereren van metagegevens verbeterd voor mobiele gebruikers nadat u uw systeem hebt aangepast. Het metagegevenspakket dat wordt gegenereerd nadat u aanpassingen hebt gemaakt, bevat alleen de items die zijn gewijzigd, in plaats van de volledige set metagegevens. Wanneer er een probleem is met het downloaden van het metagegevenspakket, start de download vanaf het punt waar deze is gebleven wanneer een gebruiker de app een volgende keer start, in plaats van de download weer vanaf het begin te starten.

Wijzigingen die van invloed zijn op de prestaties van de Dynamics 365-organisatie

Het importeren van oplossingenj en het toepassen van aanpassingen waarbij metagegevens worden gewijzigd kan van invloed zijn op de prestaties van een Microsoft Dynamics 365-organisatie. Tot de acties die de normale werking van het systeem kunnen verstoren behoren onder andere:

Als u deze wijzigingen aanbrengt in een productiesysteem, raden wij aan dat u deze bewerkingen plant op een tijdstip wanneer gebruikers er het minst last van hebben.

Aanpassingsmogelijkheden combineren

In de onderwerpen in de sectie 'Uw Dynamics 365-systeem aanpassen' worden de afzonderlijke aanpassingsmogelijkheden gedetailleerd beschreven. Maar het is belangrijk dat u onthoudt dat de oplossingen voor het behalen van uw bedrijfsbehoeften vaak één van de mogelijkheden samen met een of meer andere mogelijkheden gebruiken.

Kies de aanpassingmogelijkheid voor de taak

De 'law of instruments' (te afhankelijk zijn van een hulpmiddel) stelt: “Als je als je alleen een hamer hebt, lijkt alles op een spijker.“ Met alle verschillende aanpassingsmogelijkheden beschikbaar in Microsoft Dynamics 365 kunt u gemakkelijk vertrouwd raken met slechts één van de hulpmiddelen en dit gebruiken om alle problemen op te lossen. Terwijl u de bedrijfsproblemen evalueert die u wilt oplossen, denk dan na over het eindresultaat dat u wilt bereiken en werk dan achteruit om te bedenken hoe u daar kunt komen.

Extra mogelijkheden zijn niet opgenomen in deze handleiding

Naast de mogelijkheden die in 'Uw Dynamics 365-systeem aanpassen' worden beschreven, moet u vertrouwd zijn met extra mogelijkheden die hier niet gedetailleerd worden beschreven. Deze sectie introduceert een aantal mogelijkheden en bevat koppelingen naar andere bronnen waar u meer informatie kunt vinden.

Documentbeheer

Documentbeheer maakt integratie tussen Microsoft Dynamics 365 en SharePoint mogelijk. Voor informatie over hoe u documentbeheer inschakelt en configureert, raadpleegt u Uw documenten beheren met SharePoint of Help en training: SharePoint-documenten beheren vanuit Microsoft Dynamics 365. Ontwikkelaars zouden moeten kijken naar het Microsoft Dynamics 365 SDK-onderwerp: MSDN: SharePoint integreren met Microsoft Dynamics 365. Voor informatie over de vereisten voor installatie voor Dynamics 365 on-premises implementaties, raadpleegt u Softwarevereisten voor SharePoint-documentbeheer voor Microsoft Dynamics 365.

Veldbeveiligingsprofielen

U kunt een extra beveiligingsniveau instellen voor een aangepast veld dat u hebt toegevoegd aan een formulier met behulp van veldbeveiligingsprofielen. Om veldniveaubeveiliging in te schakelen, moet u de eigenschap Veldbeveiliging voor het aangepaste veld instellen en vervolgens de bevoegdheden specificeren die u voor dit veld toestaat naar eventuele veldbeveiligingsprofielen die u hebt gemaakt.Meer informatie:Help en training: Een veldbeveiligingsprofiel maken en Teams of gebruikers aan een veldbeveiligingsprofiel toevoegen

Lokalisatie

Als uw organisatie personen telt die een andere taal gebruiken dan de basistaal die u hebt gekozen toen u Dynamics 365 hebt geïnstalleerd, kunt u meer talen toevoegen.

U zult merken dat voor Dynamics 365 (online) alle talen al zijn geïnstalleerd: u hoeft deze alleen in te schakelen.

U kunt voor Dynamics 365 (on-premises) extra taalpakketten installeren om meer talen toe te voegen. Nadat u het taalpakket installeert, moet u de taal activeren om het voor anderen beschikbaar te maken om te kiezen in hun persoonlijke voorkeuren.Meer informatie:Taalpakketten installeren of bijwerken

Notitie

Het inschakelen van een taal kan enkele minuten duren. Tijdens deze periode kan Microsoft Dynamics 365 mogelijk niet worden gebruikt.

Extra talen inschakelen

  1. Ga naar Instellingen > Beheer.

  2. Kies Talen.

  3. Kies in het dialoogvenster Taalinstellingen enkele beschikbare talen en kies Toepassen om deze in te schakelen.

Hoewel u extra talen kunt inschakelen, is de gelokaliseerde tekst alleen beschikbaar voor tekst die is opgenomen in Dynamics 365 voordat deze wordt aangepast. U kunt Dynamics 365 alleen aanpassen met de standaardtaal. Gebruikers van andere talen zullen de tekst in standaardtaal zien, tenzij u vertalingen exporteert en gelokaliseerde tekst toevoegt voor elke gebruikersinterfaceitems die u hebt toegevoegd of gewijzigd.Meer informatie:Help en training: Aangepaste entiteit- en veldtekst exporteren voor vertaling

Notitie

Aangezien aanpassing alleen wordt ondersteund in de basistaal, werkt u als Systeemaanpasser mogelijk in de basistaal die is ingesteld als uw voorkeurstaal. Om te controleren of de vertaalde tekst goed wordt weergegeven, moet u de taalvoorkeur wijzigen voor de gebruikersinterface van Microsoft Dynamics 365. U moet teruggaan naar de basistaal als u meer aanpassingen wilt verrichten.

beveiligingsrollen

Een discussie over het implementeren van beveiliging voor uw organisatie valt niet onder het bereik van deze handleiding.Meer informatie:Beveiligingsrollen en bevoegdheden

Zie ook

Aan de slag met aanpassing
Vereiste bevoegdheden voor aanpassen
Oplossingen gebruiken voor uw aanpassingen

© 2017 Microsoft. Alle rechten voorbehouden. Auteursrecht