Xrm.Page.data (clientreferentie)
Gepubliceerd: november 2016
Is van toepassing op: Dynamics CRM 2015
Xrm.Page.data biedt methoden om met het formulier te werken. U kunt de gegevens in het formulier vernieuwen en het asynchroon opslaan.
Eigenschappen en methoden van Xrm.Page.data
vernieuwen
Vernieuwt asynchroon alle gegevens van het formulier zonder het opnieuw te laden en slaat deze optioneel op.Opslaan
Slaat asynchroon de record op met de optie voor het uitvoeren van terugbelfuncties die worden uitgevoerd nadat het opslaan voltooid is.
vernieuwen
Vernieuwt asynchroon alle gegevens van het formulier zonder het opnieuw te laden en slaat deze optioneel op.
Xrm.Page.data.refresh(save).then(successCallback, errorCallback);
Parameters
Naam
Type
Vereist
Beschrijving
opslaan
Boolean
Nee
true als de gegevens moeten worden opgeslagen nadat zij zijn vernieuwd, anders false.
successCallback
Functie
Nee
Een functie die moet worden aangeroepen als de bewerking is geslaagd.
errorCallback
Functie
Nee
Een functie die moet worden aangeroepen als de bewerking is mislukt.
Een object met de volgende eigenschappen wordt doorgegeven:
errorCode: Number. De foutcode.
message: String. Een gelokaliseerd foutbericht.
Opmerkingen
Deze methode is alleen beschikbaar voor Bijgewerkte entiteiten.
Opslaan
Slaat asynchroon de record op met de optie voor het uitvoeren van terugbelfuncties die worden uitgevoerd nadat het opslaan voltooid is.
Met Update 1 voor Microsoft Dynamics CRM Online 2015 of hoger kunt u tevens een object instellen om te besturen hoe afspraak-, terugkerende afspraak- of serviceactiveitsrecords worden verwerkt.
Xrm.Page.data.save(saveOptions).then(successCallback, errorCallback)
Parameters
Naam
Type
Vereist
Beschrijving
saveOptions
Object
Nee
Met Update 1 voor Microsoft Dynamics CRM Online 2015 of hoger kan het doorgegeven object aangeven of gebruik moet worden gemaakt van de berichten Book of Reschedule in plaats van de bericht Create of Update.
Deze optie is alleen van toepassing bij gebruik met afspraak-, terugkerende afspraak- of serviceactiveitsrecords.
Als u deze opties wilt toepassen, geeft u het volgende object door als deze parameter:
{ UseSchedulingEngine: true}
successCallback
Functie
Nee
Een functie die moet worden aangeroepen als de bewerking is geslaagd. Er worden geen parameters doorgegeven aan deze functie.
errorCallback
Functie
Nee
Een functie die moet worden aangeroepen als de bewerking is mislukt.
Een object met de volgende eigenschappen wordt doorgegeven:
errorCode: Number. De foutcode.
message: String. Een gelokaliseerd foutbericht.
Opmerkingen
Deze methode is alleen beschikbaar voor Bijgewerkte entiteiten.
Zie ook
Programmeerreferentie op de client
Beknopte naslag voor het opstellen van formulierscripts
Xrm.Page.data.entity (clientreferentie)
Xrm.Page.data.entity attribute (clientreferentie)
Code schrijven voor Microsoft Dynamics CRM 2015-formulieren
Het objectmodel Xrm.Page gebruiken
© 2017 Microsoft. Alle rechten voorbehouden. Auteursrecht