Invoke-AzSynapseSparkStatement
Roept een Synapse Analytics Spark-instructie aan.
Syntaxis
Invoke-AzSynapseSparkStatement
-WorkspaceName <String>
-SparkPoolName <String>
-Language <String>
-SessionId <Int32>
-FilePath <String>
[-Response]
[-AsJob]
[-DefaultProfile <IAzureContextContainer>]
[-WhatIf]
[-Confirm]
[<CommonParameters>]
Invoke-AzSynapseSparkStatement
-WorkspaceName <String>
-SparkPoolName <String>
-Language <String>
-SessionId <Int32>
-Code <String>
[-Response]
[-AsJob]
[-DefaultProfile <IAzureContextContainer>]
[-WhatIf]
[-Confirm]
[<CommonParameters>]
Invoke-AzSynapseSparkStatement
-Language <String>
-SessionObject <PSSynapseSparkSession>
[-SessionId <Int32>]
-Code <String>
[-Response]
[-AsJob]
[-DefaultProfile <IAzureContextContainer>]
[-WhatIf]
[-Confirm]
[<CommonParameters>]
Invoke-AzSynapseSparkStatement
-Language <String>
-SessionObject <PSSynapseSparkSession>
[-SessionId <Int32>]
-FilePath <String>
[-Response]
[-AsJob]
[-DefaultProfile <IAzureContextContainer>]
[-WhatIf]
[-Confirm]
[<CommonParameters>]
Description
De Invoke-AzSynapseSparkStatement cmdlet roept een Synapse Analytics Spark-instructie aan.
Voorbeelden
Voorbeeld 1
$session = Start-AzSynapseSparkSession -WorkspaceName ContosoWorkspace -SparkPoolName ContosoSparkPool -Name ContosoSessionName -ExecutorCount 3 -ExecutorSize Small
$session.Language = 'Spark'
$session | Invoke-AzSynapseSparkStatement -Code 'print("Hello world\n")'
Met deze opdrachten start u een Spark-sessie en roept u vervolgens een inline Spark-instructie aan via de pijplijn.
Voorbeeld 2
Invoke-AzSynapseSparkStatement -SessionId 324 -Language 'Spark' -Code 'print("Hello world\n")'
Met deze opdrachten start u een Spark-sessie en roept u vervolgens een inline Spark-instructie aan.
Voorbeeld 3
$session = Start-AzSynapseSparkSession -WorkspaceName ContosoWorkspace -SparkPoolName ContosoSparkPool -Name ContosoSessionName -ExecutorCount 3 -ExecutorSize Small
$session.Language = 'Spark'
$session | Invoke-AzSynapseSparkStatement -FilePath 'C:\path\to\code.sc'
Met deze opdrachten start u een Spark-sessie en roept u vervolgens Spark-instructies in een bestand aan.
Parameters
-AsJob
Cmdlet op de achtergrond uitvoeren
Type: | SwitchParameter |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | False |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-Code
De uitvoeringscode.
Type: | String |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | True |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-Confirm
U wordt gevraagd om bevestiging voordat u de cmdlet uitvoert.
Type: | SwitchParameter |
Aliassen: | cf |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | False |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-DefaultProfile
De referenties, accounts, tenants en abonnementen die worden gebruikt voor communicatie met Azure.
Type: | IAzureContextContainer |
Aliassen: | AzContext, AzureRmContext, AzureCredential |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | False |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-FilePath
Hiermee geeft u een lokaal bestandspad op dat de uitvoeringscode bevat.
Type: | String |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | True |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-Language
Taal van de uitvoeringscode.
Type: | String |
Geaccepteerde waarden: | Spark, Scala, PySpark, Python, SparkDotNet, CSharp, SQL, Spark, Scala, PySpark, Python, SparkDotNet, CSharp, SQL |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | True |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-Response
Geeft aan dat het volledige antwoord moet worden geretourneerd.
Type: | SwitchParameter |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | False |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-SessionId
Id van Spark-sessie.
Type: | Int32 |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | True |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-SessionObject
Spark-sessieinvoerobject, meestal doorgegeven via de pijplijn.
Type: | PSSynapseSparkSession |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | True |
Pijplijninvoer accepteren: | True |
Jokertekens accepteren: | False |
-SparkPoolName
Naam van Synapse Spark-pool.
Type: | String |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | True |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-WhatIf
Toont wat er zou gebeuren als de cmdlet wordt uitgevoerd. De cmdlet wordt niet uitgevoerd.
Type: | SwitchParameter |
Aliassen: | wi |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | False |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
-WorkspaceName
Naam van Synapse-werkruimte.
Type: | String |
Position: | Named |
Default value: | None |
Vereist: | True |
Pijplijninvoer accepteren: | False |
Jokertekens accepteren: | False |
Invoerwaarden
Uitvoerwaarden
Azure PowerShell