Delen via


Modern Spinner-besturingselement in Power Apps

Geeft een bewegende status weer, zoals het laden van een pagina of tabel.

Omschrijving

Het Spinner-besturingselement kan worden gebruikt om laadscenario's weer te geven waarin een actie wordt uitgevoerd. Dit krachtige besturingselement biedt meerdere weergave-opties die geschikt zijn voor vele scenario's. De belangrijkste eigenschappen voor dit besturingselement zijn Label, Appearance en SpinnerSize.

Algemeen

Label: het label voor de Spinner. Het labelvak krijgt dezelfde stijl als de tekst die bij de Spinner hoort.

AccessibleLabel: label voor schermlezers.

Visible: hiermee wordt aangegeven of een besturingselement zichtbaar of verborgen is.

Grootte en positie

Labelpositie: positie van het label ten opzichte van de spinner.

SpinnerSize: de afmetingen van de Spinner.

X: de afstand tussen de linkerrand van een besturingselement en de linkerrand van de bovenliggende container (het scherm als er geen bovenliggende container is).

Y: de afstand tussen de bovenrand van een besturingselement en de bovenrand van de bovenliggende container (het scherm als er geen bovenliggende container is).

Width: de afstand tussen de linker- en rechterrand van een besturingselement.

Height: de afstand tussen de boven- en onderrand van een besturingselement.

Stijl en thema

Appearance: de weergave van de Spinner. Primary of Inverted

BasePaletteColor: het kleurenpalet dat op een besturingselement wordt toegepast. Dit heeft invloed op alle oppervlakken van het besturingselement die een themakleur weergeven.

Font: de naam van de lettertypefamilie waarin de tekst wordt weergegeven.

FontSize: de tekengrootte van de tekst die in een besturingselement wordt weergegeven. Als de waarde null of nul is, wordt de tekengrootte bepaald door het geselecteerde Fluent-thema.

FontColor: de kleur van de tekst in een besturingselement.

FontWeight: het gewicht van de tekst in een besturingselement: Vet, Lichter, Normaal of Halfvet.

FontItalic: hiermee wordt aangegeven of de tekst in een besturingselement cursief is.

FontUnderline: hiermee wordt aangegeven of onder de tekst in een besturingselement een streep wordt weergegeven.

FontStrikethrough: hiermee wordt aangegeven of een streep door de tekst van een besturingselement wordt weergegeven.

Aanvullende eigenschappen

DisplayMode: bepaalt of invoer van de gebruiker is toegestaan (Edit), of gegevens alleen worden weergegeven (View) of het besturingselement wordt uitgeschakeld (Disabled).

OnChange: acties die moeten worden uitgevoerd wanneer de waarde van een besturingselement wijzigt.