Rekeningstructuren maken
Deze procedure doorloopt het maken van een rekeningstructuur. De stappen gebruiken het demobedrijf USMF.
- Ga naar Grootboek > Rekeningschema > Structuren > Rekeningstructuren configureren.
- Klik in het actievenster op Nieuw om het dialoogvenster voor beƫindigen te openen.
- Voer in het veld Rekeningstructuur een naam in om het doel van de rekeningstructuur te beschrijven.
- Voer in het veld Beschrijving een beschrijving in om het doel van de rekeningstructuur op te geven.
- Klik op Maken.
- Klik in Segmenten en toegestane waarden op Segment toevoegen.
- Selecteer in de lijst Dimensies de dimensie die u aan de rekeningstructuur wilt toevoegen.
- Klik aan het einde van de lijst op Segment toevoegen.
- Herhaal stap 6 tot en met 9 zo nodig.
- Selecteer in de sectie Details van toegestane waarden het segment om de toegestane waarden te bewerken. Klik bijvoorbeeld in het veld Hoofdrekening.
- Selecteer in het veld Operator een optie, zoals 'ligt tussen' en 'bevat'.
- Typ een waarde in het veld Waarde. Bijvoorbeeld 600000.
- Typ een waarde in het veld Tot en met. Bijvoorbeeld 699999.
- Klik in de sectie Details van toegestane waarden op Toepassen.
- Herhaal stap 10 tot en met 15 zo nodig.
- Klik in de sectie Details van toegestane waarden op Nieuwe criteria toevoegen.
- Selecteer in het veld Operator een optie, zoals 'ligt tussen' en 'bevat'.
- Typ een waarde in het veld Waarde. Bijvoorbeeld 033.
- Typ een waarde in het veld Tot en met. Bijvoorbeeld 034.
- Klik op Toepassen.
- Selecteer in het raster het segment om de toegestane waarden te bewerken. Bijvoorbeeld Kostenplaats.
- Typ een waarde in het veld CostCenter. Bijvoorbeeld 007..021.
- Klik in Segmenten en toegestane waarden op Toevoegen.
- Typ een waarde in het veld MainAccount. Bijvoorbeeld 600000..699999
- Selecteer in het raster het segment om de toegestane waarden te bewerken. Bijvoorbeeld Afdeling.
- Typ een waarde in het veld Afdeling. Bijvoorbeeld 032.
- Typ een waarde in het veld CostCenter. Bijvoorbeeld 086.
- Klik in het actievenster op Valideren.
- Klik in het actievenster op Activeren.
- Klik op Activeren.