Delen via


Handleiding: Meerdere subpaden binnen een PathGeometry maken

In dit voorbeeld ziet u hoe u meerdere subpaden maakt in een PathGeometry. Als u meerdere subpaden wilt maken, maakt u een PathFigure voor elk subpad.

Voorbeeld

In het volgende voorbeeld worden twee subpaden gemaakt, elk een driehoek.

<Path Stroke="Black" StrokeThickness="1">
  <Path.Data>
    <PathGeometry>
      <PathGeometry.Figures>
        <PathFigureCollection>
          <PathFigure IsClosed="True" StartPoint="10,100">
            <PathFigure.Segments>
              <PathSegmentCollection>
                <LineSegment Point="100,100" />
                <LineSegment Point="100,50" />
              </PathSegmentCollection>
            </PathFigure.Segments>
          </PathFigure>
          <PathFigure IsClosed="True" StartPoint="10,10">
            <PathFigure.Segments>
              <PathSegmentCollection>
                <LineSegment Point="100,10" />
                <LineSegment Point="100,40" />
              </PathSegmentCollection>
            </PathFigure.Segments>
          </PathFigure>                    
        </PathFigureCollection>
      </PathGeometry.Figures>
    </PathGeometry>
  </Path.Data>
</Path>

In het volgende voorbeeld ziet u hoe u meerdere subpaden maakt met behulp van een Path- en XAML-kenmerksyntaxis. Elke M maakt een nieuw subpad, zodat in het voorbeeld twee subpaden worden gemaakt die elk een driehoek tekenen.

<Path Stroke="Black" StrokeThickness="1" 
  Data="M 10,100 L 100,100 100,50 Z M 10,10 100,10 100,40 Z" />

(Houd er rekening mee dat deze kenmerksyntaxis daadwerkelijk een StreamGeometrymaakt, een lichtere versie van een PathGeometry. Zie de pagina padmarkeringssyntaxis voor meer informatie.)

Zie ook