Apps bewaken met behulp van Application Live View met het Azure Spring Apps Enterprise-abonnement

Notitie

De Basic-, Standard- en Enterprise-abonnementen worden afgeschaft vanaf medio maart 2025, met een pensioenperiode van 3 jaar. We raden u aan om over te stappen naar Azure Container Apps. Zie de aankondiging over buitengebruikstelling van Azure Spring Apps voor meer informatie.

Het standaardverbruik en het speciale abonnement worden vanaf 30 september 2024 afgeschaft, met een volledige afsluiting na zes maanden. We raden u aan om over te stappen naar Azure Container Apps. Zie Azure Spring Apps Standard-verbruik en toegewezen abonnement migreren naar Azure Container Apps voor meer informatie.

Dit artikel is van toepassing op:❌ Basic/Standard ✔️ Enterprise

Application Live View voor VMware Tanzu is een lichtgewicht inzichten en hulpprogramma voor probleemoplossing waarmee app-ontwikkelaars en app-operators binnen actieve apps kunnen kijken.

Application Live View biedt visuele inzichten in actieve apps door informatie over Spring Boot Actuator te inspecteren. Het biedt alleen een liveweergave van de gegevens vanuit de app. De liveweergave van de toepassing slaat geen app-gegevens op voor verdere analyse of historische weergaven. Met de gebruiksvriendelijke interface kunt u problemen met bepaalde aspecten van de apps oplossen, leren en onderhouden. Het biedt een bepaald controleniveau voor gebruikers, zodat ze bepaalde parameters kunnen wijzigen, zoals logboekniveaus en omgevingseigenschappen van actieve apps.

In dit artikel worden de gebruikersinterfacefuncties van Application Live View beschreven, evenals de pagina's en weergaven die zijn opgenomen in de gebruikersinterface van Application Live View.

Vereisten

• Application Live View voor VMware Tanzu. Zie De liveweergave van de toepassing gebruiken voor meer informatie.

Pagina Details

De pagina Details is de standaardpagina die is geladen in de sectie Liveweergave . Deze pagina geeft een overzicht in tabelvorm met de volgende eigenschappen:

• App-naam
• Instance ID
• Locatie
• Locatie van aandrijving
• Statuseindpunt
• Directe aandrijvingstoegang
• Framework
• Versie
• Nieuwe patchversie
• Nieuwe primaire versie
• Buildversie

U kunt tussen informatiecategorieën navigeren door in de vervolgkeuzelijst in de rechterbovenhoek van de pagina te selecteren.

Statuspagina

Als u naar de pagina Status wilt navigeren, selecteert u de optie Status in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie. De statuspagina bevat gedetailleerde informatie over de status van de app.

De pagina Status bevat de volgende functies:

• Bekijk een lijst met alle onderdelen waaruit de status van de app bestaat, zoals gereedheid, liveness en schijfruimte.
• Bekijk een weergave van de status en details die aan elk van de onderdelen zijn gekoppeld.

Omgevingspagina

Als u naar de pagina Omgeving wilt navigeren, selecteert u de optie Omgeving in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie . De omgevingspagina bevat details van de omgeving van de app. Het bevat eigenschappen, waaronder, maar niet beperkt tot, systeemeigenschappen, omgevingsvariabelen en configuratie-eigenschappen, zoals application.properties in een Spring Boot-app.

De pagina Omgeving bevat de volgende functies:

• Zoek naar een eigenschap of waarden met behulp van de zoekfunctie.
• Bekijk alle exemplaren van een specifieke eigenschap met behulp van het zoekpictogram in de rechterhoek. U kunt de eigenschapssleutel snel vinden zonder handmatig in het zoekveld te typen. Als u deze knop selecteert, wordt de pagina gefilterd op de naam van die eigenschap.
• Test de app om alle omgevingseigenschappen te vernieuwen door Bereik vernieuwen te selecteren in de rechterbovenhoek van de pagina.
• Bewerk bestaande eigenschappen door onderdrukking in de rij te selecteren en de waarde te bewerken. Nadat de waarde is opgeslagen, ziet u de bijgewerkte eigenschap in de sectie Toegepaste onderdrukkingen boven aan de pagina.
• Stel de omgevingseigenschap opnieuw in op de oorspronkelijke staat door Opnieuw instellen te selecteren.
• Voeg nieuwe omgevingseigenschappen toe aan de app en bewerk of verwijder overschreven omgevingsvariabelen in de sectie Toegepaste onderdrukkingen .

Notitie

U moet instellen management.endpoint.env.post.enabled=true in de eigenschappen van de app-configuratie van de app en een bijbehorende, bewerkbare omgeving moet aanwezig zijn in de app.

Pagina Logboekniveaus

Als u naar de pagina Logboekniveaus wilt navigeren, selecteert u de optie Logboekniveaus in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie. De pagina met logboekniveaus biedt toegang tot de logboekregistraties van de app en de configuratie van hun niveaus.

De pagina Logboekniveaus bevat de volgende functies:

• Configureer de logboekniveaus, zoals INFO, DEBUGen TRACEin realtime vanuit de gebruikersinterface.
• Zoek naar een pakket en bewerk het desbetreffende logboekniveau.
• Configureer de logboekniveaus op een specifieke klasse en een specifiek pakket.
• Alle logboekniveaus deactiveren door het logboekniveau van de hoofdlogger te wijzigen in OFF.
• Geef de gewijzigde logboekniveaus weer met behulp van de wisselknop Alleen wijzigingen.
• Zoek op logboeknaam met behulp van de zoekfunctie.
• Stel de logboekniveaus opnieuw in op de oorspronkelijke status door Opnieuw instellen te selecteren.
• Stel alle logboekregistraties opnieuw in op de standaardstatus door Alles opnieuw instellen te selecteren in de rechterbovenhoek van de pagina.

Pagina Threads

Als u naar de pagina Threads wilt navigeren, selecteert u de optie Threads in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie. Op deze pagina worden alle details weergegeven met betrekking tot JVM-threads en actieve processen van de app. Hiermee worden live threads en daemon threads in realtime bijgehouden. Het is een momentopname van verschillende threadstatussen.

De pagina Threads bevat de volgende functies:

• Navigeer naar een threadstatus om alle informatie over een bepaalde thread en de bijbehorende stacktracering weer te geven.
• Zoek threads op thread-id of status met behulp van de zoekfunctie.
• Vernieuw naar de meest recente status van de threads met behulp van het vernieuwingspictogram.
• Bekijk meer threaddetails door de thread-id te selecteren.
• Download een threaddump voor analysedoeleinden.

Geheugenpagina

Als u naar de pagina Geheugen wilt navigeren, selecteert u de optie Geheugen in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie .

Op de pagina Geheugen wordt het geheugengebruik in de JVM gemarkeerd. Er wordt een grafische weergave weergegeven van de verschillende geheugenregio's binnen heap- en niet-heapgeheugen. Voor Spring Boot-apps die worden uitgevoerd op een JVM, visualiseert de pagina Geheugen gegevens vanuit de JVM, waardoor u geheugeninzichten krijgt in de app in tegenstelling tot externe informatie over het niveau van de Kubernetes-pod.

De pagina Geheugen bevat de volgende functies:

• Bekijk realtimegrafieken met een gestapeld overzicht van de verschillende ruimten in het geheugen, samen met het totale gebruikte geheugen en de totale geheugengrootte.
• Bekijk grafieken om de GC-pauzes en GC-gebeurtenissen weer te geven.
• Download heapdumpgegevens met behulp van de knop Heap Dump in de rechterbovenhoek.

Notitie

Deze grafische visualisatie vindt plaats in realtime en toont alleen realtime gegevens. Zoals eerder vermeld, worden er geen gegevens opgeslagen in de liveweergavefuncties van de toepassing. Dat betekent dat de grafieken de gegevens in de loop van de tijd alleen visualiseren zolang u op die pagina blijft.

Pagina Aanvraagtoewijzingen

Als u naar de pagina Aanvraagtoewijzingen wilt navigeren, selecteert u de optie Aanvraagtoewijzingen in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie . Deze pagina bevat informatie over de aanvraagtoewijzingen van de app. Voor elke toewijzing geeft de pagina de aanvraaghandlermethode weer.

De pagina Aanvraagtoewijzingen bevat de volgende functies:

• Bekijk meer informatie over de aanvraagtoewijzing, zoals de headermetagegevens van de app, inclusief de produces, consumesen HTTP methoden, door de toewijzing te selecteren.
• Zoek op de aanvraagtoewijzing of de methode.
• Bekijk de actuatorgerelateerde toewijzingen voor de app met behulp van de wisselknop /actuator/** Aanvraagtoewijzingen

Notitie

Wanneer het eindpunt van de app-actuator wordt weergegeven management.server.port, retourneert de app geen gegevens over de toewijzingen van actuatoraanvragen in de context. In dit geval wordt een bericht weergegeven wanneer de schakelaar voor de aandrijving is ingeschakeld.

Pagina HTTP-aanvragen

Als u naar de pagina HTTP-aanvragen wilt navigeren, selecteert u de optie HTTP-aanvragen in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie . De pagina HTTP-aanvragen bevat informatie over http-aanvraagresponsuitwisselingen naar de app. De grafiek visualiseert de aanvragen per seconde die de antwoordstatus van alle aanvragen aangeven.

De pagina HTTP-aanvragen bevat de volgende functies:

• Filter op de antwoordstatus, waaronder , , , en client-errorsserver-errors. redirectssuccessinfo
• Bekijk de traceringsgegevens in detail in een tabelindeling met metrische gegevens, zoals tijdstempel, methode, pad, status, inhoudstype, lengte en tijd.
• Filter de traceringen op basis van de waarde van het zoekveld met behulp van de zoekfunctie in de tabel.
• Bekijk meer details van de aanvraag, zoals methode, headers en reactie van de app door de tijdstempel te selecteren.
• Selecteer het vernieuwingspictogram boven de grafiek om de meest recente traceringen voor de app te laden.
• Geef de actuatorgerelateerde traceringen voor de app weer met behulp van de wisselknop /actuator/** in de rechterbovenhoek van de pagina.

Notitie

Wanneer het eindpunt van de app-actuator wordt weergegeven, management.server.portworden er geen http-traceringen van de actuator geretourneerd voor de app. In dit geval wordt een bericht weergegeven wanneer de schakelaar voor de aandrijving is ingeschakeld.

Pagina Caches

Als u naar de pagina Caches wilt navigeren, selecteert u de optie Caches in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie . De pagina Caches biedt toegang tot de caches van de app. Het geeft de details van de cachebeheerders die aan de app zijn gekoppeld, inclusief de volledig gekwalificeerde naam van de systeemeigen cache.

De pagina Caches bevat de volgende functies:

• Zoek naar een specifieke cache of cachebeheerder met behulp van de zoekfunctie.
• Verwijder afzonderlijke caches door Evict te selecteren, waardoor de cache wordt gewist.
• Verwijder alle caches door Alles verwijderen te selecteren. Als er geen cachebeheerders voor de app zijn, wordt er een bericht weergegeven No cache managers available for the application.

Pagina Configuratie-eigenschappen

Als u naar de pagina Configuratie-eigenschappen wilt gaan, selecteert u de optie Configuratie-eigenschappen in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie . De pagina Configuratie-eigenschappen bevat informatie over de configuratie-eigenschappen van de app. Voor Spring Boot worden de bonen van @ConfigurationProperties de app weergegeven. Het geeft een momentopname van alle bonen en de bijbehorende configuratie-eigenschappen.

De pagina Configuratie-eigenschappen bevat de volgende functie:

• Zoek een sleutelwaarde op voor een eigenschap of naam van een bean met behulp van de zoekfunctie.

Pagina Voorwaarden

Als u naar de pagina Voorwaarden wilt navigeren, selecteert u de optie Voorwaarden in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie. Het evaluatierapport voorwaarden bevat informatie over de evaluatie van voorwaarden voor configuratie- en autoconfiguratieklassen. Voor Spring Boot geeft het evaluatierapport voorwaarden een duidelijk overzicht van alle bonen die in de app zijn geconfigureerd.

De pagina Voorwaarden bevat de volgende functies:

• Selecteer de naam van de bean om de voorwaarden en de reden voor de voorwaardelijke overeenkomst weer te geven. Als bonen niet zijn geconfigureerd, worden zowel de overeenkomende als niet-overeenkomende voorwaarden van de bonen weergegeven, indien van toepassing. Naast voorwaarden worden ook namen van onvoorwaardelijke automatische configuratieklassen weergegeven, indien van toepassing.
• Filter op de bonen en de voorwaarden met behulp van de zoekfunctie.

Pagina Geplande taken

Als u naar de pagina Geplande taken wilt gaan, selecteert u de optie Geplande taken in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie . De pagina Geplande taken bevat informatie over de geplande taken van de app, waaronder cron-taken, vaste vertragingstaken en taken met vaste frequentie, aangepaste taken en de bijbehorende eigenschappen.

De pagina Geplande taken bevat de volgende functie:

• Zoek naar een bepaalde eigenschap of een taak in de zoekbalk om de details van de taak of eigenschap op te halen.

Bonenpagina

Als u naar de pagina Beans wilt navigeren, selecteert u de optie Beans in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie. De pagina Beans bevat informatie over een lijst met alle app-bonen en de bijbehorende afhankelijkheden. Er wordt de informatie weergegeven over het type bean, afhankelijkheden en de bijbehorende resource.

De pagina Beans bevat de volgende functie:

• Zoek op de naam van de bean of de bijbehorende velden.

Pagina met metrische gegevens

Als u naar de pagina Metrische gegevens wilt gaan, selecteert u de optie Metrische gegevens in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie . De pagina Metrische gegevens biedt toegang tot informatie over app-metrische gegevens.

De pagina Metrische gegevens bevat de volgende functies:

• Kies uit de lijst met verschillende metrische gegevens die beschikbaar zijn voor de app, zoals jvm.memory.used, jvm.memory.maxhttp.server.request. Nadat u de metrische waarde hebt gekozen, kunt u de bijbehorende tags bekijken.
• Kies de waarde van elk van de tags op basis van filtercriteria.
• Selecteer Metrische gegevens toevoegen om de metrische waarde toe te voegen. Deze wordt standaard elke vijf seconden vernieuwd.
• Pauzeer de functie voor automatisch vernieuwen door de wisselknop Automatisch vernieuwen uit te schakelen.
• Vernieuw de metrische gegevens handmatig door Alles vernieuwen te selecteren.
• Wijzig de indeling van de metrische waarde op basis van uw behoeften.
• Verwijder een bepaalde metrische waarde door het minteken in dezelfde rij te selecteren.

Actuatorpagina

Als u naar de pagina Actuator wilt navigeren, selecteert u de optie Actuator in de vervolgkeuzelijst Informatiecategorie . De actuatorpagina biedt een structuurweergave van de actuatorgegevens.

De actuatorpagina bevat de volgende functie:

• Kies uit een lijst met actuatoreindpunten en parseren door de onbewerkte actuatorgegevens.

Volgende stappen

• Azure Spring Apps